Piet en Duco zijn lid van de Fietsersbond. Ze spreken elkaar niet zo vaak, want ze zijn druk druk druk. En ja, corona. Daarom schrijven ze elkaar elke maand een brief en bespreken het leven naast al dat gedoe, het leven op onze fietsen. Die brieven komen op de webpagina van de Fietsersbond en op facebook. Eigenlijk een soort blog over fietsen en hoe leuk dat is.
Het is begonnen
Amersfoort, september 2021
Beste Duco,
Als je belooft het niet verder te vertellen maak ik je deelgenoot van iets dat ik als een geheim bewaar. Precies een week geleden begon dat waar ik al een tijd naar uitkeek: de meteorologische herfst. Het was gedaan met de zomer. Eindelijk. Mijn fietsseizoen ging beginnen.
Ik verlangde er al naar toen ik in de derde week van juli door Toscana fietste, dag 18 van m’n 20-daagse naar Rome. Het felle zonlicht sloeg alle tinten plat. Een hete föhnwind deed me m’n stuur stevig vastgrijpen, de zon brandde gaten in m’n bovenbenen, op m’n shirt stonden de witte zoutkringen van uren zweten in temperaturen van ruim boven de 30 graden. Toch heb ik geen moment gevloekt, niet eens gebromd op de brute klimmen van de kale hete graanwoestijn die de Crete Senesi in de zomer is. Want dat ik daar fietste was een cadeautje waar ik door alle pandemische grenssluitingen nauwelijks meer op had gehoopt.
Ik was het liefst een stuk buiten de zomer gegaan, als je ’s morgens wakker wordt op een stille camping met een laag mist boven het veld. Of een muts en dikke handschoenen op en aan moet voor de pas opengeschoven Alpenpas. Als de zon de dag opwarmt tot een milde 18 graden en je lijf niet bezig is met voorkomen dat je overkookt. Als je zintuigen niet ten onder gaan in de vloedgolf van energie die uit de lucht valt, maar de rust en de aandacht hebben voor het landschap en de kleuren van voor- of najaar.
Ik verlang ernaar als het in Nederland mooi weer is in de zomer en ik alle plekken met fietspaden het liefst vermijd. Fietspaden waarop stellen naast elkaar blijven rijden, al duwt er een compleet Tourpeloton tegenaan. Waar wandelaars het fietspad verkiezen boven de bosweg en waar geen enkel bankje onbezet is. Waar ik helemaal niet goed in ben.
Nu breken de gouden momenten aan dat de zonfietsers hun ros in het preserveervet zetten, hun koersfiets aan de garagemuur hangen en ze de ontrafeling van het fietsknooppuntensysteem een half jaar laten rusten. Nu breken de dagen aan dat Moeder Natuur haar mooiste oranje-gele jurken uit de kast haalt, waarop er druppeltjes parelen aan het ochtendgras, waarop een regenbui het bos tot leven brengt. Waarop ik ga fietsen in dat stille landschap dat zich uitstrekt tot aan de jaarwisseling.
Het mooiste fietsseizoen is zojuist begonnen, ik ga het proeven als wijn en het opeten als een taartje. Maar bewaar alsjeblieft m’n geheim. Ik reken op je.
Piet Peeters
—
Deze inhoud is beschikbaar na het accepteren van de marketingcookies.
Naar Berlijn | Dag 6